Verkorte weergave van de feiten

Spotify Netherlands B.V. (Spotify NL) is een wereldwijd opererende aanbieder van streamingdiensten met ongeveer 9.000 werknemers. Spotify NL is een Nederlandse dochteronderneming van Spotify, waar 172 medewerkers in vaste dienst zijn. De meeste medewerkers van Spotify NL werken in internationale teams die wereldwijd opereren, zij rapporteren veelal aan managers in andere landen, en verrichten werkzaamheden die geen directe band met Nederland hebben.

Op 4 december 2023 heeft de CEO van Spotify bekend gemaakt dat wereldwijd ongeveer 17% van de werknemers zal worden ontslagen. In een overleg dat dezelfde dag plaatsvond tussen de ondernemingsraad (de OR) en de afdeling Human Resources, is voor het eerst aan de OR medegedeeld dat bij Spotify NL 19 medewerkers zouden worden ontslagen. De medewerkers in kwestie hadden al een voorstel voor het sluiten van een vaststellingsovereenkomst ter beëindiging van hun arbeidsovereenkomst ontvangen. Spotify NL gaf de OR te kennen dat geen advies in de zin van artikel 25 lid 1 Wet op de Ondernemingsraden (WOR) zou worden gevraagd. De OR kon zich daar niet in vinden en was van mening dat hem wel degelijk om advies had moeten worden gevraagd.

Achtergrond bij het adviesrecht in de zin van artikel 25 lid 1 WOR

Op grond van artikel 25 lid 1 sub d respectievelijk sub e WOR, dient de ondernemingsraad om advies te worden gevraagd over elk voorgenomen besluit tot “belangrijke inkrimping, uitbreiding of andere wijziging van de werkzaamheden van de onderneming”, en “belangrijke wijziging in de organisatie van de onderneming, dan wel in de verdeling van bevoegdheden binnen de onderneming”.

Het begrip “belangrijk” is niet nader gedefinieerd in de WOR. De wetsgeschiedenis van artikel 25 WOR biedt wel enige handvatten voor de beantwoording van de vraag wanneer een voorgenomen besluit als “belangrijk” geldt. Zo is bijvoorbeeld overwogen dat hetgeen als belangrijk moet worden beschouwd, afhangt van de aard en omvang van de activiteiten van de onderneming. Ook is het aantal mensen dat bij een reorganisatie betrokken is, alsmede de ernst van de gevolgen van een bepaald besluit, medebepalend voor de “belangrijkheid” van een bepaald besluit. Het moet gaan om voor de ondernemer bijzondere, niet alledaagse besluiten, die wezenlijke gevolgen kunnen hebben voor de vermogens- en liquidatiepositie van de onderneming. Zo geldt het adviesrecht niet voor zover sprake is van een normale uitoefening van werkzaamheden in de onderneming.

Met betrekking tot besluiten omtrent inkrimping (artikel 25 lid 1 sub d WOR) is door de wetgever overwogen dat de “belangrijkheid” van een inkrimping afhankelijk is van “de omvang en de aard van de activiteiten van de gehele onderneming en derhalve niet gekoppeld aan het aantal ontslagen, genoemd in de Wet melding collectief ontslag [WMCO]. Ook inkrimpingen die gepaard gaan met minder dan 20 ontslagen of vervallen arbeidsplaatsen kunnen wel degelijk “belangrijk” zijn in de zin van artikel 25, eerste lid, onder d.” Door de Ondernemingskamer is eerder geoordeeld dat de reductie van 32 fte’s op een totale formatie van 814 fte’s bij een zorginstelling van wezenlijke betekenis, en is het besluit daardoor belangrijk; de discussie over de exacte omvang van de reductie is niet cruciaal. Ook wanneer een kleine dienst binnen een onderneming komt te vervallen, kan sprake zijn van inkrimping, wanneer deze dienst (nagenoeg) geheel vervalt.

Voor wat betreft de “belangrijke wijziging in de onderneming” in de zin van artikel 25 lid 1 sub e WOR, volgt uit jurisprudentie dat een besluit als belangrijk kan worden gezien niet alleen vanwege de directe gevolgen, maar ook (juist) vanwege de indirecte gevolgen voor de werknemers.

Het besluit in onderhavige zaak

Volgens de OR betreft het reorganisatiebesluit een adviesplichtig besluit op grond van artikel 25 lid 1 sub d dan wel e WOR. Het reorganisatiebesluit heeft het gedwongen ontslag van in ieder geval 19 van de 172 medewerkers, hetgeen neerkomt op 11% van de medewerkers, tot gevolg. Het betreft dus zowel qua  omvang als qua ernst van de gevolgen voor de betrokken medewerkers een belangrijke inkrimping van de werkzaamheden, aldus de OR. Volgens de OR zal als gevolg van de ontslagen de werkwijze in een deel van de teams aanzienlijk wijzigen en zal een aantal teams worden opgeheven, waardoor niet alleen de ontslagen werknemers worden getroffen maar ook de organisatie van de werkzaamheden van de in Nederland werkzame teamleden aanzienlijk wordt beïnvloed en gewijzigd. Dit alles leidt er volgens de OR toe dat Spotify NL hem tijdig in de gelegenheid had moeten stellen een advies uit te brengen over het reorganisatiebesluit. Nu Spotify NL dat ten onrechte niet heeft gedaan, moet volgens de OR worden geoordeeld dat Spotify NL in redelijkheid niet tot het bestreden besluit heeft kunnen komen.

Spotify NL is van mening dat de inkrimping niet kan worden gezien als “belangrijke inkrimping” in de zin van artikel 25 lid 1 sub d WOR, noch dat er sprake is van een belangrijke wijziging in de organisatie in de zin van artikel 25 lid 1 sub e WOR. Spotify NL voert aan dat er 19 werknemers worden ontslagen, waardoor geen sprake is van een collectief ontslag. Verder overweegt Spotify dat de organisatiestructuur van Spotify in Nederland nauwelijks wordt gewijzigd, omdat – onder meer – de 19 werknemers over diverse teams zijn verdeeld, de functies die boventallig worden verklaard niet of nauwelijks impact op de organisatiestructuur van Spotify in Nederland zou hebben, en er geen afdelingen worden samengevoegd of opgesplitst. Concluderend kan volgens Spotify NL niet gezegd worden dat sprake is van een belangrijke wijziging in de organisatiestructuur van Spotify NL.

De Ondernemingskamer (OK) is met de OR van oordeel dat sprake is van een adviesplichtig reorganisatiebesluit. Het voorgenomen ontslag van 19 van de 172 werknemers bij Spotify NL betreft een belangrijke inkrimping van de werkzaamheden van de onderneming van Spotify NL. Bovendien heeft het voorgenomen besluit zwaarwegende gevolgen voor de 19 werknemers in kwestie. Spotify NL heeft slechts algemene informatie over de inhoud en gevolgen van het reorganisatiebesluit verstrekt en heeft – ook in haar  verweerschrift – niet concreet gemaakt dat alleen functies boventallig zijn gemaakt die nauwelijks tot geen impact hebben op het functioneren van de organisatie. De OK gaat er daarom vanuit dat het reorganisatiebesluit niet alleen een belangrijke inkrimping van de werkzaamheden betreft, maar ook een belangrijke wijziging in de organisatie van Spotify NL zoals bedoeld in artikel 25 lid 1 onder d en e WOR.

Nu vaststaat dat het reorganisatiebesluit niet tijdig aan de OR is voorgelegd, laat staan dat dit tijdig en voorzien van voldoende informatie is gebeurd, is de OK van oordeel dat Spotify NL bij afweging van de betrokken belangen niet in redelijkheid tot het reorganisatiebesluit had kunnen komen.

De OK verplicht Spotify NL het reorganisatiebesluit in te trekken en de gevolgen daarvan ongedaan te maken en verbiedt Spotify NL om handelingen te verrichten of te doen verrichten ter uitvoering van het besluit of onderdelen daarvan.

In de praktijk is het niet altijd eenvoudig om te bepalen of een (voorgenomen) reorganisatie als belangrijk kwalificeert. Deze zaak laat zien dat het bij twijfel beter is om advies te vragen.