Geen tijd te verliezen

Het is laat in de middag op paaszondag.  De lockdown vanwege het coronavirus heeft het dagelijkse leven in heel Europa tot stilstand gebracht. Onverwacht kondigt het Nederlandse ministerie van Volksgezondheid een aanbestedingstraject aan, waarbij bedrijven werden opgeroepen om zo snel mogelijk een voorstel in te dienen voor een contact tracking-app. Het doel van deze app is om de verspreiding van het coronavirus bij te houden en te vertragen. Een flinke opgave en de deadline is al over drie dagen. 

In de afgelopen 36 uur heeft Loyens & Loeff al meegewerkt aan een dergelijke app, als onderdeel van het PrivateTracer initiatief. Andere partners van dit initiatief zijn onder andere Odyssey, Microsoft, Milvum en de gemeente Den Haag. Het dagelijks bestuur van Loyens & Loeff had de urgentie van de situatie ingezien en direct goedkeuring gegeven aan een pro bono-verzoek om vanuit de organisatie, juridische kennis bij te dragen aan het initiatief. Een multidisciplinair team van specialisten uit het kantoor deelde hun kennis, om er zo voor te zorgen dat de app vanuit juridisch oogpunt levensvatbaar en veilig zou zijn. Met de nieuwe oproep voor gegadigden, moesten ze snel zijn. Als eerste was het zaak om snel een juridische entiteit op te richten om hun voorstel mee in te dienen. 

Op paaszondag belde Martijn Schoonewille - een lid van de Digital Economy Groep bij Loyens & Loeff - zijn collega en mede-Digital Economy Groep lid Freek Hilberdink. “Ik vroeg Freek, ‘Hoe snel kunnen we een stichting opzetten?’” blikt Martijn terug. “Hij antwoordde, ‘Vrij snel.’ De daaropvolgende dag om elf uur ‘s avonds, had Frank een nieuwe non-profit stichting opgericht, genaamd Stichting Private Tracer. 

Een van de belangrijkste uitdagingen voor het team was ervoor zorgen dat de app voldeed aan de strenge privacywetgeving. “Gezien de situatie met COVID-19, zou een app als dit gevolgen hebben voor de privacy”, herinnert Nina Orlić, een Digital Economy Groep lid gespecialiseerd in privacywetgeving. 

Om ervoor te zorgen dat het ontwikkelingsproces zo efficiënt als mogelijk zou verlopen, moest het team rekening houden met elk mogelijk obstakel. Een ander onderwerp dat ze onderzochten, was of de app in de Nederlandse wetgeving onder de noemer ‘medisch hulpmiddel’ zou vallen. In dat geval zou de app namelijk aan aanvullende wettelijke eisen moeten voldoen. “We waren aan het racen tegen de klok en het laatste wat we wilden, was onderweg op onverwachte issues te stuiten. We wisten dat we met elke mogelijkheid rekening moesten houden”, zegt Digital Economy Groep lid Kim Lucassen, die gespecialiseerd is in geneesmiddelenrecht en databescherming. 

Met geen tijd te verspillen, werkten Kim, Nina, Freek, Martijn en nog dertien collega’s vanuit Loyens & Loeff in de week volgend op paaszondag bijna 18 uur per dag, om mee te werken aan het klaarmaken van de PrivateTracer app voor de strijd tegen COVID-19.

Samenwerking 3.0

Incorporating a new foundation and meeting the requirements for a strict government tendering process are complex legal tasks, even under normal circumstances. Now working from home, during a nationwide lockdown, the team at Loyens & Loeff had a unique set of challenges to overcome. To meet the strict deadlines, it would take teamwork, creativity and technology. ‘We could never have done it without that level of collaboration, both internally and among all members and supporters of the PrivateTracer initiative’, says Martijn.

Within two days of submitting its proposal for a contact-tracing app, PrivateTracer was selected by the Dutch government along with seven other applicants to take part in a hackathon. Ultimately, the Ministry of Health chose to abandon the tendering process, although many of the ideas originating from the hackathon were later incorporated into the official COVID-19 tracking app launched by the Dutch government on 17 August.

For the team at Loyens & Loeff, contributing to the PrivateTracer initiative was nevertheless a powerful opportunity to learn and explore new ways of working. The team relied on unconventional approaches and high-speed technologies to get things done quickly. ‘There were so many parties involved in the initiative that working face to face would have been nearly impossible, or at least would have taken a lot longer’, says Nina.

‘What really felt comfortable was the cooperation and using the skill-sets we have and the collective experience to cooperate in this new way’, says Martijn. ‘It was basically a “joint venture 3.0”. And I think this will be a new way of working if we look at the digital economy going forward.’

Geen ruimte voor fouten

Terugkijkend, herinneren de juridische experts van Loyens & Loeff vooral het unieke aspect van dit project. De deskundigheid die bijgedragen werd aan de ontwikkeling van de PrivateTracer app fungeerde later als richtlijn voor de officiële app, die de Nederlandse overheid op dit moment uitrolt in Nederland. 

“Er was zowel voor ons als voor de technische teams veel motivatie om het direct goed te doen”, zegt Nina. “Er is in ons beroep sowieso geen ruimte voor fouten, maar met een project als dit, is de foutenmarge helemaal klein.”

“Dit was een goed voorbeeld van hoe ‘tastbaar’ ons werk is”, zegt Freek. “Wetende dat je daadwerkelijk een app op je telefoon kunt hebben in de toekomst, gaf heel veel energie. En het was fantastisch hoe we allemaal samenwerkten om dat te bereiken”. 

“Het was inspirerend om onderdeel te zijn van een groep bedrijven - inclusief de concurrenten - die technologie zagen als iets positiefs, in plaats van een vijand. Als iets dat de maatschappij beter kan maken”, blikt Nina terug. “Het uiteindelijke doel was om iedereen te laten profiteren.”

“Ik ben erg trots op het feit dat we de mogelijkheid kregen om mee te werken aan een project als dit”, zegt Kim. “Het is altijd fijn als je de kans krijgt om samen te werken aan zoiets complex, maar dit had ook tastbare voordelen.”

Terugkijkend zegt Martijn, “Dit was een goede oefening in het samenbrengen van een team en de hoeveelheid energie zien die mensen kunnen brengen. Pro bono werken aan dit project was een extraatje, het belangrijkste is dat dit pas echt liet zien wat het betekent als we zeggen dat we een ‘mensgericht’ kantoor zijn. Het was echt ons missie statement in de praktijk brengen.”